In de Boston Review stond een interessant artikel over het filosofieonderwijs in Brazilië. Filosofie is in Brazilië een verplicht vak: drie jaar lang, twee uur per week maken Braziliaanse tieners kennis met filosofie. Het artikel - Citizen Philosophers, teaching Justice in Brazil - doet wel vragen rijzen over de reden(en) dat er filosofieonderwijs gegeven wordt, zowel in Brazilië als in Nederland.
Wat mij opvalt in het artikel is dat de fundamentele vraag - waartoe Filosofie op de middelbare school? - nauwelijks wordt beantwoord, en waar antwoorden worden geformuleerd er redenen worden aangegeven die extrinsiek zijn aan de beoefening van de filosofie.
Allereerst valt op hoe politiek geladen het Braziliaanse filosofieonderwijs lijkt te zijn. Een aantal geïnterviewde filosofiedocenten lijkt zijn eigen vak vooral te zien als een vorm van politiek-intellectuele bewustwording - als geneesmiddel tegen Hadjememaar-achtige kandidaten als de clown "Tiririca" en politieke apathie, als hoestdrank tegen dictatoriale oprispingen, als inenting tegen conservatisme, als zetpil tegen het grootkapitaal.
De wet die filosofie verplicht stelde als schoolvak is zelf, blijkens het artikel, een "politiek project"; een herstel van het schoolvak zoals dat bestond tot 1964 en werd geschrapt door de militaire dictatuur. Nu is het niet zo vreemd dat een dictatuur weinig behoefte heeft aan zelfstandig denkende burgers, maar of filosofie een intellectueel panacee moet zijn om de interne tegenstellingen van het democratische bestel te overwinnen is nog maar de vraag. Mijn stelling is dat een dergelijke vorm van filosofiebeoefening eerder een ideologische oefening is, dan een wending tot het Ware, Goede, en Schone.
De boeven in het artikel zijn duidelijk aanwezig, dat zijn de kwaadaardige "academische filosofen": "For academic philosophers, philosophy is not a democratic practice or an emancipatory exercise, but a rigorous scholarly discipline." Het is dan ook vooral hun schuld dat het vak "te inhoudelijk" is, en zich bezig houdt met - o help! - de geschiedenis van de filosofie:
When I asked Ribeiro what she thought about these guidelines, she looked amused. “Let’s see what my evening class students”—maids, taxi drivers, construction workers, and others who hope the high school diploma will get them out of what she calls “slave work”—“will say if I ask them to make a structural analysis of Kant’s Critique of Pure Reason.” And even if it were possible, she didn’t see the point. “If the students can’t relate what they learn to their own experience—of what use will it be to them?”
Vervolgens worden er een aantal voorbeelden, naar ik aanneem van best practice , omschreven die m.i. allemaal een stuk beter hadden gefloreerd bij een vak als Verzorging of Maatschappijleer, en dan vooral het soort Maatschappijleer zoals dat in Nederland in de jaren zeventig gegeven werd. Het besef dat men het verst ziet wanneer men de voeten ferm plaatst op de schouders van reuzen - Kant, Schopenhauer, Plato, Aristoteles - lijkt hier niet doorgedrongen te zijn.
Filosofie is er niet voor de "politieke bewustwording". Een zekere politieke bewustwording kan een vrucht zijn van filosofische studie en beoefening, maar dit is niet haar doel. Filosofie heeft geen legitimatie buiten zichzelf nodig. Zij is de studie van de meest fundamentele en abstracte begrippen en - door gebruik van die begrippen - de meest fundamentele intellectuele problemen van ons bestaan te analyseren. Men komt hier dan niet uit bij apodictische waarheden - bij antwoorden die men uit het hoofd kan leren ten behoeve van het toelatingsexamen, of antwoorden die men op een spandoek kan zetten. Dat alles is te makkelijk. De uitkomst té zeker. Integendeel, zoals Schopenhauer zei, is de waarheid "keine Hure, die sich Denen an den Hals wirft, welche ihrer nicht begehren: vielmehr sie eine so spröde Schöne, daß selbst wer ihr Alles opfert noch nicht ihrer Gunst gewiß seyn (sic) darf"
Hooguit komt men en dan nog zonder enige garantie voor de toekomst na vele jaren toewijding toe aan een bepaald begrip, een bepaalde aanschouwing van waarheden, een contemplatief verstaan van het War, Goede en Schone. Als men de Filosofie onderhorig wil maken aan de noodzaak elke vier jaar op de 'juiste' kandidaat te stemmen, dan is men tot pooier geworden en doet men de zuivere maagd van de Wijsheid hoereren met vreemde goden: de Mammon of de Caesar.
De filosofie dient geen doel buiten zichzelf, verwordt zij tot ideologie verliest zij haar eerstgeboorterecht - in ruil voor wat slechtverteerbaar 'rood kooksel'. Hoe waardig of 'emancipatoir' het doel ook lijkt, het ondermijnt slechts iets waardevols in het futiele najagen van een andere zaak.
Dan is er nog de vraag of de filosofiebeoefening überhaupt tot "democratische praktijk" gemaakt kan worden. Ik denk dat ook hier negatief geantwoord moet worden. De beoefening van de filosofie, in de zin van het bestuderen van de meest fundamentele en abstracte begrippen en door gebruik van die begrippen het analyseren van de meest fundamentele intellectuele problemen kan altijd maar de taak zijn van een kleine intellectuele minderheid. Het is geen toeval dat de eerste filosoof werd vermoord door de eerste democratie. Een democratische meerderheid kan even tiranniek zijn - of zelfs tirannieker - en even weinig rationele kritiek velen als een Braziliaanse generaal. Nu wordt wel gezegd dat we dan het volk moeten verheffen, maar als we kijken naar het vergaan van de volksverheffing in Nederland is wellicht de conclusie te trekken dat "het" volk, zelfs de soi-disant hogeropgeleiden onder hen, geen verheffing blieft.
Dat er ook buiten de academie interesse is in filosofie is lovenswaardig, maar zelfs dan zal nog maar een kleine - maar relatief wat grotere - minderheid zich door het bijzondere geestelijke avontuur laten aanspreken. Elke poging om coûte que coûte miljoenen aan "de filosofie" te helpen, zonder enige vraag omtrent intellectuele vermogens en - ja - intellectuele roeping is volksverlakkerij. Filosofie is geen massaproduct, geen lopende-band-artikel dat maar aan iedereen kan worden meegegeven, haar vlees is niet veil, zij is geen hoer die zich aan hen geeft die haar niet liefhebben.
No comments:
Post a Comment