Wednesday 21 March 2012

Vergeten Onrecht

Sinds een paar dagen trekt de zoveelste storm over katholiek Nederland. Nog los van het misbruikschandaal blijkt er binnen katholieke instellingen ook gecastreerd te zijn, dit om mensen te "genezen" van echte of vermeende seksuele afwijkingen. Er is vooral verontwaardiging over dat deze voorvallen niet in het rapport van de Commissie Deetman zijn opgenomen. Dit is echter Deetman nauwelijks te verwijten: feit is namelijk dat chrirurgische castratie een breed toegepaste behandelmethode was, zoals Eric van den Berg o.a. stelt. Ook wordt beargumenteerd door zowel van den Berg als de kerkhistoricus Peter Nissen dat deze praktijk echter kritisch bevraagd werd door de katholieke moraaltheologie. Nissen gaat zelfs zo ver te zeggen dat er een algeheel verbod op castratie was. Dit is echter in het geheel niet het geval. De contemporaine moraal- en pastoraaltheologie sloot nauw aan bij de heersende praktijk en bestendigde die. Daarbij sloot de Kerk aan bij de tendens in de samenleving die geen wezenlijk probleem zag in het castreren van "psychopathen".

Een korte tocht door wat relevante literatuur laat blijken hoe ver de ongevoeligheid in zowel kerk als samenleving ging. Om te beginnen de Handelingen van de Tweede Kamer:

TBR-patiënten, de voorlopers van de TBS'ers, werden met bosjes tegelijk gecastreerd, er zijn honderden gevallen van bekend. Niet enkel was er een gewoonte om seksuele delinquenten 'vrijwillig' castratie te doen aanvragen: elke castratie gebeurde zelfs onder verantwoordelijkheid van het Ministerie van Justitie aangezien de Minister akkoord moest gaan met elke individuele ingreep. Dit beleid was geen onderwerp van politieke discussie. Ik heb in de jaren dat er daadwerkelijk gecastreerd werd één vermelding gevonden, een nietszeggende aankondiging van een onderzoek naar "therapeutische castratie" uit het vergaderjaar 1963-64. Pas tien jaar nadat de laatste zedendelinquent was gecastreerd stelde één kamerlid, te weten Ria Beckers, twee kamervragen. Ik stel voor dat de lezer deze twee kamervragen en de door de minister gegeven antwoorden in hun volheid leest. Nog in 1968 werd er onderzoek verricht naar chirurgische castratie door de toenmalige "Hoofdafdeling Psychopatenzorg". Naar blijkt werden er echter in dat onderzoek geen aandacht besteed aan de "psychische, somatische en sociale gevolgen" van deze ingreep. Nog in 1968 vond men die vraag namelijk niet interessant.
Inmiddels is men blijkens de verbijstering van politici en beleidsmakers alom deze onsmakelijke geschiedenis geheel vergeten, of liever: er is ten enenmale nooit aan gedacht, ook niet door de voorgangers van de heren en dames politici die er misschien nog iets aan hadden kunnen doen. Saillant detail is slechts dat de huidige minister van Justitie politiek verantwoordelijk is voor de beslissingen van zijn voorgangers. Als hij geen rekenschap wenst af te leggen over het geschiedde lijkt er mij ook geen reden voor de Tweede Kamer om in deze rekenschap van de bisschoppen te eisen.

Dan ten tweede: het specifieke katholieke aspect van deze ingreep.

Zoals vermeld schreef Peter Nissen dat er geen theologische legitimatie was voor deze abjecte praktijk. Dit is ten enenmale onjuist. Niet alleen werd castratie openlijk toegepast en werd de praktijk uitvoerig beschreven, er is in de pastoraaltheologische handboeken van die tijd een duidelijke moraaltheologische legitimatie te vinden. In een voor die tijd representatief handboek (Pastoraal-Psychiatrie , H. Bless (vicarius van de psychiatrische inrichting "Voorburg") , 1945) wordt castratie in geval van "sexueele psychopathie" aanbevolen. Het is dan "als het wegnemen van een ziek deel van het lichaam te beschouwen" en is dus een operatie die werkelijk dient "tot genezing van een bestaand lijden (...). Derhalve is castratie in [zo'n] geval geen kwaad doen om iets goeds te bereiken, maar iets te doen wat goed is; het is de bevrijding van een ondragelijk geworden lijden" (p. 275)

Er worden inderdaad eisen gesteld aan leeftijd (een leeftijd van 25 jaar wordt aanbevolen) en vrijwilligheid (Castratie mag nooit onder dwang) maar met de vraag in hoeverre een "psychopathisch" individu in staat kan zijn om een dergelijke verstrekkende beslissing te nemen lijkt Bless zich niet bezig te houden. Tegelijkertijd blijkt duidelijk uit Pastoraal-Psychiatrie dat het initiatief tot het nemen van een beslissing tot castratie toekwam aan "een ervaren medicus en psychiater", er is in deze geen rol voor de kerkelijke overheid voorzien, anders dan het het subject ondersteunen in zijn keus met het voorstel van de arts al dan niet akkoord te gaan. In zoverre er dus een minderjarige met psychische stoornis is gecastreerd lijkt het falen mij in dit concrete geval eerder een medische dan een kerkelijke te zijn.

Wij weten nu dat dergelijke ingrepen niet te rechtvaardigen zijn en dat seksuele afwijkingen nog iets anders zijn dan ziektes van de voortplantingsorganen. De moraaltheologische rechtvaardiging van deze praktijk was ten enenmale incorrect en katholieke instellingen hadden zich nooit mogen laten lenen voor deze praktijk, hoe maatschappelijk geaccepteerd zij ook was.

Ter nuancering mag gezegd worden dat in de jaren `40 en `50 de psychiatrie nog in de kinderschoenen stond, mensen net zoveel afwijkingen hadden als ze nu hebben maar dat de behandelingsmogelijkheden beperkt waren. Ik ben er van overtuigd dat de artsen en moraaltheologen die dit ultimum refugium aangrepen om mensen te bevrijden dat deden met goede intenties, om mensen te bevrijden van werkelijk lijden. Maar een goede intentie levert niet altijd een goede handeling op. De theologische argumenten gaan niet op en de consequenties waren verschrikkelijk.

Tenslotte: er was geen doofpot. Die was namelijk niet nodig. Toen het gebeurde was het vanzelfsprekend. Er waren geen klokkenluiders, geen luizen in de pels, geen lastige-vragen-stellers. Toen de praktijk stilletjes werd beëindigd keek men niet met afgrijzen terug maar men ging over tot de orde van de dag: op twee kamervragen na uit 1978 heeft niemand het er nog over gehad en psychiatrische en moraaltheologische handboeken verstoften op de planken of gingen mee met het oud papier.

Men kan nu verbijsterd zijn, boos, door wat er gebeurd is. Met vingers wijzen naar gene of deze, maar hoe ga je om met een kwaad dat eigenlijk iedereen in de tijd dat het kwaad geschiedde wel best vond? Welke van onze vanzelfsprekendheden levert de headline en de geschokte blikken op in 2052?

5 comments:

  1. Ik verzoek u toch nog eens de discussie rondom wijziging van de Grondwet - integriteit menselijk lichaam en de Wet BOPZ te herlezen. Maar ook en in ieder geval dit: Rijksbegrooting voor het dienstjaar 1937. 2. IV., onderdeel Justitie,VOORLOOPIG VERSLAG. ... uit:Algemeene beschouwingen. Citaat:" Beleid van den Minister.... Zedelijkheid; zedenmisdrijven. ... Naar de meening van sommige leden neemt de onzedelijkheid in ons land toe. Zij klaagden in het bijzonder over het feit, dat in den Haag, speciaal in de omgeving der stations, voorbijgangers niet alleen des avonds, doch zelfs op klaarlichten dag worden lastig gevallen door prostituees. Den Minister verzochten zij, maatregelen te beramen ten einde dit euvel zooveel mogelijk tegen te gaan. ..... Verscheidene leden drongen er bij den Minister op aan, vrijwillige castratie van zedendelinquenten, geïnterneerd in psychopathenasyls en gevangenissen, mogelijk te maken.... Deze maatregel werd op het tweede internationale congres van Katholieke artsen te Weenen (28 Mei—2 Juli 1936) met algemeene stemmen aanbevolen: „Gegen die Kastration als therapeutische Massnahme bei psychopathischen Sexualverbrechern dürfte nichts ein zu wenden sein". Einde citaat... Het betreft hier het in Wenen, Oostenrijk in 1936 gehouden Congres van FEDERATION INTERNATIONALE DES ASSOCIATIONS MEDICALES CATHOLIQUES (FIAMC) over het thema "L'eugénisme et la stérilisation" p.theillier.pagesperso-orange.fr/frhistorique.htm .. ...FIAM is een door de paus goedgekeurde rooms-katholieke instelling voor roomskatholieke artsen. In 1936 was dat Pius XI, geboren als Ambrogio Damiano Achille Ratti . ...Oostenrijk werd toen al door Oostenrijkse nazi's politiek en cultureel gedomineerd en Kurt von Schuschnigg richtte zijn beleid op Nazi-Duitsland... Vervolg citaat: " Bovendien is het in den laatsten tijd eenige malen voorgekomen, dat een rechtbank een voorwaardelijke veroordeeling oplegde nadat haar gebleken was, dat de beklaagde bereid was een dergelijk ingrijpen te aanvaarden. ...De hier aan het woord zijnde leden wezen op het hopelooze van den toestand van hen, die anders tientallen jaren in een asyl moeten blijven. ....Vele andere leden verklaarden tegen een zoodanigen maatregel ernstig bezwaar te moeten maken. ....Van vrijwillige castratie kan hier nauwelijks gesproken worden; de vrijheid van beslissing komt in dergelijke gevallen wel in een eigenaardig licht te staan. Deze leden zouden van den Minister gaarne inlichtingen ontvangen over de voorwaardelijke veroordeelingen, waarvan zooeven sprake was. Wat is het oordeel van den Minister over deze vonnissen ? Sommige leden drongen opnieuw aan op krachtig optreden tegen aanstootelijke lectuur."... Einde citaat... Aldus vastgesteld 27 October 1936

    ReplyDelete
    Replies
    1. Mij is inmiddels ook een verslag van een soortgelijk congres onder Nederlandse katholieke artsen en moralisten in handen gekomen. Ik heb het nog niet kunnen inzien. Wel moet duidelijk een onderscheid gemaakt worden tussen de castratiepraktijken binnen de RKK en sterilisatiepraktijken die in meerdere staten vigerend waren, zoals in de VS, Zweden en Nazi-Duitsland. Deze laatsten waren niet therapeutisch - i.e. gericht op genezing - maar eugenetisch. Eugenetische castratie is altijd verworpen door de RK Kerk. Therapeutische castratie - met het oogpunt de 'genezing' van de psychiatrisch patiënt werd echter toegelaten op grond van de moraaltheologische leer van het dubbele effect die stelt dat een maatregel die niet intrinsiek verkeerd is maar een negatieve werking heeft toegestaan kan zijn als men een goed doel nastreeft en de nadelen niet groter zijn dan de voordelen. De lange-termijneffecten van castratie werden echter duidelijk niet op waarde geschat, of gekend, en m.i. werd de leer van dubbel effect hier verkeerd toegepast.
      Tevens moet gezegd dat er een duidelijk onderscheid gemaakt moet worden tussen het Schnussnigg-regime en het Nazisme. Deze over één kam scheren lijkt mij niet legitiem.

      Delete
  2. Goede bijdrage, Jan-Jaap. Bedankt.

    Jij ook, Jan

    Crispina

    ReplyDelete
  3. This comment has been removed by the author.

    ReplyDelete
  4. Welke consequenties trekt u n.a.v. uw voornoemde reactie voor het hoofdartikel, wetende dat er in Nederland nooit wetgeving is geweest die castratie op welke grond dan ook toelaatbaar heeft geacht?
    Dit ook mede in het licht van de encycliek van Pius XI uit 1930 "Casti Connubii"?

    ReplyDelete